Portfolio
Hier volgt een selectie van de artikelen die ik heb geschreven voor de Zwolse wijkkrant De Assendorper. |
|
December 2013 (helft van de spread)
Beide artikelen: juni 2013
Hoi Aukje,
Jouw brief raakte me. Bij oudere mensen weet ik dat ze soms moeite hebben met lopen en hun evenwicht bewaren. Maar er zijn natuurlijk ook jonge mensen die dit hebben. Het is niet de bedoeling dat jij en anderen de dupe zijn van telefoon-aanbidders. Daarom was ik het in de eerste instantie eens met je voorstel. Je wilde het mobieltje op drukke plaatsen weren uit de wijk. Dan lijkt het net twintig jaar geleden, toen we nog van niets wisten en het zo rustig was op straat. Tijd om te bekennen: ik ben een telefoonjunk. Inderdaad, zo’n pratend hoofd ofwel wandelende typemachine. Dat maakt mij ook doof en blind voor mijn omgeving. Het kost me moeite om daar openlijk voor uit te komen. Ik wil helemaal niet afhankelijk zijn van zo’n ding met een chip. En het laatste wat ik wil is anderen belemmeren in de doorgang. Jammer genoeg ben ik niet de enige verslaafde, zoals je al schreef. Daarom dacht ik verder na over je voorstel. Wat gebeurt er als je dit doorvoert? Dan gaat iedereen elkaar controleren. Bovendien zijn er meer agenten nodig om het telefoonverbod te handhaven. Er moeten ook uitzonderingsregels komen. In geval van nood moet je natuurlijk wel bellen. Gemeenteraadsleden steggelen dagenlang over verbodlocaties. Wordt de gehele Assendorperstraat een ‘no phone area’? Of alleen vanaf het klooster tot het naaiwinkeltje? Eind van het liedje: ons gemeenschapsgeld raakt verder op en de gezelligheid is ver te zoeken. Hoe kun je telefoonverslaafden, zoals ik, op luchtige wijze bewust maken van hun eigen gedrag? Ik zie wel wat in een creatieve oplossing. We vragen een week lang wildvreemden met wie ze bellen. En voorbijgangers die sms’en vragen we naar hun laatst geschreven zin. Een spel voor de wijk getiteld: Wie bel je of wat schrijf je nu? Wie net een pikant getint berichtje naar een minnaar stuurt, moet snel iets verzinnen. Met ‘vanavond om acht uur bij mij, mijn man is niet thuis,’ komt diegene natuurlijk niet weg. Na een week zie je al verbetering. Je ziet minder mensen bellen in de Assendorperstraat en zijstraten. Bovendien weten we ineens meer over elkaars leven. Lachen om elkaars grapjes en delen verhalen met elkaar. Ik zou het een leuke manier vinden om saamhorigheid te creëren in onze wijk. Wat vind je van m’n voorstel? Zou jij meedoen of stel je liever geen vragen aan vreemden? Column november 2013
|
Het Zwolse gedichtenforum 2014
De eik — Marion Goosen 24-01-2014 16:33
Niet lang gelee stond Eik naast and're bomen,
gaf elk seizoen een eigen kleurtje mee,
alsof hij alsmaar z'n verfkwast liet gaan.
Het palet aan tinten liet me dromen,
van herten en eekhoorntjes die gedwee
hem volgden, maar toch niets konden verstaan.
Nu lag hij, het was hém overkomen
hij viel met een dreun en kon nooit meer staan.
De stronk — Marion Goosen 24-01-2014 16:31
Mijn vingers vinden zomaar op de tast,
wat voelt hij toch ruw en zacht gelijk.
Terwijl 'k naar de holle binnenkant kijk,
drumt mijn rechterhand ritmisch op zijn bast.
Geklop en getik zuigt aan trommelvlies vast,
‘t geluid zwelt aan en ik reken me rijk
met dit lange, bruine drumstel. Strijk
mijn handpalm over de klankenkast.
Luiletterland — Marion Goosen 24-01-2014 16:04
Ik volg een pad van uitgestrekte klinkers
komma’s, punten en medeklinkers.
Beelden, geuren, stemmen, driften
en drijfveren in stenen gebeiteld.
Na een paar pagina’s verbeeldingsreis
weet ik of het licht in luiletterland blijft.